Gebouwd door: J.C. Scheuer & Zn. (1819)
Jaar | Orgelbouwer | Opus | Activiteit |
1819 | J.C. Scheuer & Zn. | nieuwbouw | |
1954 | firma Johann Reil | restauratie en uitbreiding | |
1992 | Gebroeders Reil | restauratie en uitbreiding |
- Het orgel van de Hervormde Kerk te Hardenberg is in 1818/1819 gebouwd door J.C. Scheuer. Het had één manuaal en aangehangen pedaal. Op 21 november 1819 is het in gebruik genomen, waarbij het bespeeld werd door J.C. Röhner uit Zwolle. De klaviatuur was midden voor het orgel gesitueerd. De oude kerk is in 1847 vervangen door het huidige gebouw. Het orgel werd zonder wijzigingen overgeplaatst. Orgelmaker Naber uit Deventer reviseerde het instrument in 1858, maar wijzigde niets aan de opbouw. In 1900 was er weer een grote reparatie nodig. Jan Proper uit Kampen voerde het werk uit. De klaviatuur werd verplaatst naar de zijkant, en ook de windvoorziening werd vernieuwd. In de jaren vijftig van de twintigste eeuw begon het instrument wederom steeds meer gebreken te vertonen. Een restauratieplan uit 1953 van orgelmaker Reil uit Heerde ging verder dan reparatie alleen: het orgel zou met een rugpositief worden uitgebreid en een vrij pedaal zou worden aangelegd. Het plan werd goedgekeurd en uitgevoerd. In 1954 werd het vernieuwde orgel in gebruik genomen.
- Door steeds toenemende gebreken en daar uit voortvloeiende klachten besloot de kerkvoogdij in 1983 een nieuwe restauratie te laten uitvoeren. Omdat het instrument in aanmerking kwam voor rijkssubsidie, kon een groot plan worden ingediend voor reconstructie en herstel van het oorspronkelijke werk. Echter, een verkleining werd niet door de kerk gewenst. Scheuer had op enkele plaatsen tweeklaviers orgels gebouwd, waarbij het tweede manuaal als onderpositief werd uitgevoerd. Er werd nu een ontwerp gemaakt voor het Hardenbergse orgel in deze stijl. Er kon gebruik worden gemaakt van twee windladen van Scheuer, afkomstig uit de Schildkerk te Rijssen. Nieuw pijpwerk werd gemaakt naar voorbeeld van Scheuer-pijpwerk uit Zwolle en Sneek. Het pijpwerk uit 1954 is opnieuw geïntoneerd of opgeschoven tot andere stemmen. Het werk werd wederom uitgevoerd door de firma Reil. Op 2 oktober 1992 is het orgel in gebruik genomen.
Technische gegevens
Hoofdwerk | 11 |
Onderpositief | 8 |
Pedaal | 4 |
Totaal aantal stemmen | 23 |
Manuaalomvang | C-f”’ |
Pedaalomvang | C-d’ |
Toetstractuur | Mechanisch |
Registertractuur | Mechanisch |
Windlade(n) | Sleeplade |
Toonhoogte | a’ = 440 Hz |
Temperatuur | Neidthardt |
Dispositie
Hoofdwerk: Bourdon 16′ – 1819/1992, Prestant 8′, Holpijp 8′ – 1819/1992, Octaaf 4′ – 1819/1992, Roerfluit 4′, Quint 3′ (discant) – 1992, Octaaf 2′, Fluit 2′ (bas) – 1819, Sesquialter II sterk, Mixtuur III-IV sterk (gedeeld) – 1954/1992, Trompet 8′ (gedeeld) – 1992.
Onderpositief: Holpijp 8′, Prestant 4′, Flute d’Amour 4′ – 1954/1992, Roerquint 3′ – 1954/1992, Gemshoorn 2′ – 1954/1992, Tertz 1 3/5′, Flageolet 1′ – 1954/1992, Dulciaan 8′ – 1954.
Pedaal: Subbas 16′ – 1992, Open Fluit 8′ – 1992, Octaaf 4′ – 1992, Fagot 16′ – 1992.
Koppelingen: Hoofdwerk – Onderpositief, Pedaal – Hoofdwerk, Pedaal – Onderpositief.
Speelhulpen: Tremulant, Ventiel.
Vulstem | Samenstelling |
Mixtuur III-IV sterk | C: 1′ – 2/3′ – 1/2′. c: 2′ – 1 1/3′ – 1′. c’: 4′ – 2 2/3′ – 2′ – 1 1/3′. c”: 8′ – 5 1/3′ – 4′ – 2 2/3′. |
Sexquialter II sterk | C: 1 1/3′ – 4/5′. c’: 2 2/3′ – 1 3/5′. |
Verschillende disposities |
|
bron: www.orgbase.nl